Sloten en vijvers

Als gemeente willen we graag natte oevers met verschillende soorten planten. Er mag van alles groeien. We willen de natuur op en langs het water zo min mogelijk verstoren. Daarom voeren we werkzaamheden in fasen uit. En als we toch aan onderhoud doen, kiezen we het juiste moment. Oevers maaien we bijvoorbeeld in september, als de bloeitijd en het broedseizoen afgelopen zijn.

Onderhoudsregels

  • Het wateroppervlak van vijvers moet grotendeels zichtbaar zijn. Maximaal 30% mag bedekt zijn met waterplanten.
  • Er mag maximaal 5% spontaan opgekomen struiken en bomen langs het water staan.
  • Stromend water moet kunnen blijven stromen. Waterplanten mogen het water niet dichtslibben.
  • Na een maaibeurt blijft minimaal 50% van de planten staan.
  • Bij het maaien houden we rekening met de plantensoorten. Van waterlelies en fonteinkruid moeten bijvoorbeeld genoeg planten overblijven, omdat die langzaam herstellen.
  • Riet maaien we eens in de 2 jaar.
  • Plantenresten in het water en maaisel verwijderen we.